In een ronde langs de speciale bierbrouwers op de Horeca Expo in Gent werd duidelijk hoe goed het momenteel gaat met het speciaal bier op zich en de Belgische Brouwerijen in het bijzonder. De bierindex staat in tegenstelling tot de wereldwijde beurzen flink in de plus!
Er worden momenteel zonder uitzondering door iedere brouwer, klein of groot, flinke investeringen gedaan om aan de vraag te kunnen voldoen. Nagenoeg iedereen heeft wel enkele bieren niet op voorraad en kan niet aan de levering voldoen richting afnemers. Er heerst een massale investeringskoorts. Brouwers pompen geld in extra lageringsketels, nieuwe en snellere afvulsystemen, extra warme kamers, nieuwe brouwketels en compleet nieuwe brouwerijen. Het gaat goed met het speciaal bier en de groei is volgens velen nog maar het begin.
Een afgeladen vol bierplein gisteren en overal lachende gezichten. ”Dit is ongekend en wat een interesse in speciaal bier”, roepen meerdere brouwers. “Wat nou crisis! Daar is bij ons absoluut niets van te merken. Van mij mag het nog wel even crisis blijven op deze manier”, roept een lachende brouwer.
Biermarkten plussen
Niet alleen in Europese landen lopen de speciale bieren goed maar met name de V.S., Zuid-Amerika en Azië groeien hard. Door een stijging op de lokale, regionale, landelijke en internationale markt tegelijk is een omzetgroei van 20% ten opzichte van 2010 bij Belgische ambachtelijke brouwerijen eerder regel dan uitzondering. In een vraag hoe zij te werk gaan wordt vooral genoemd dat men de lokale markt de afgelopen jaren goed had bediend. Door de groeiende interesse in speciale bieren van consumenten en een duidelijke zichtbaarheid van de brouwerij in de regio, groeit deze markt nu. Daar komt bij dat Belgisch bier in het buitenland populair is, dus de export schiet omhoog.
Toekomst
Een vraag over wanneer deze situatie voorbij gaat, wordt snel weggevuifd. Bijna iedere brouwer geeft aan goed in de lokale markt geïnvesteerd te hebben. Dichtbij is belangrijk. Daar kan binding met het merk en de brouwerij bij de lokale consument worden opgebouwd waardoor je daar altijd op terugvalt. Vervolgens werkt de export als een olievlek in het buitenland. Verschillende brouwers vertellen best zenuwachtig te worden van de grote vraag. “Je wilt de klanten niet teleurstellen dat ze zo lang moeten wachten, echter het moet toch. Eerder afsturen van bier levert een slechtere kwaliteit op en dat is geen goed visitekaartje”. Investeren en uitbreiden is dé oplossing, echter ook niet van de één op de andere dag geregeld”, aldus Michaël Pelsser van Val-Dieu.
Zoals iedereen heeft kunnen zien gaat het met onze Nederlandse Trappistenbrouwerij La Trappe ook ongekend goed. Op een aantal uitzonderingen na is het verder toch wat stil op Nederlandse bodem. Hopelijk kan ik menigeen Nederlandse kleine brouwer toch overtuigen dat het nu belangrijk is om op de trom te gaan roffelen!! En wie daar hulp bij nodig heeft: Er zijn nog een paar plekken voor de PR, communicatie en marketing toolkit!
Lees ook:Begin bij de thuismarkt met bier
Lees ook:‘t Lekkerste blondje van Hellemond
Lees ook:Nederland kwaliteitsbier vergeten?
Lees ook:Sterke groei Amerikaanse bierbrouwers
Lees ook:Brouwerij Dubuisson zoekt concurrentie met partywijn
Ik hoor anders van Nederlandse brouwers soortgelijke geluiden. Een goed voorbeeld is Jopen, dat moeite heeft de stijgende vraag bij te houden. Op termijn wil men daar naar ca. 15000HL per jaar. Dan moet echter het bier uit d ekerk zodra het vergist is en dus in de Waardenpolder verder lageren. De Prael heeft moeten besluiten om alle brouwsels ten behoeve van derden op een laag pitje te zetten, omdat ze alle capaciteit nodig hebben om aan de vraag naar hun eigen bier te voldoen. Zo maar twee voorbeelden die me vlot te binnen schieten. Maar ook van andere brouwers hoor ik optimistische geluiden. De kunst is voor hen veel meer het voldoen aan de vraag dan het uitbreiden er van. Want zoals je al schrjft: inleveren op kwaliteiet, bijvoorbeeld door korter lageren, is uit den boze. Dus is er geld, maar ook tijd nodig om te investeren in capaciteit. Voorwaar een fraaie ontwikkeling!
Fred, dat klopt. In de tekst staat ook op enkele uitzonderingen na en vaak is dit soort info wel bij bierfanaten bekend maar niet bij de gewone consument. Overigens kan De Prael nog wel een stuk harder op de trommel roffelen zodat al die positieve geluiden goed zichtbaar en hoorbaar worden. En dat is nu precies mijn boodschap. Succes hebben is succes claimen! Brouwers die dat goed in de gaten hebben, die zijn naar mijn idee op één hand te tellen. Er is altijd wel weer een reden waarom ze er nog ‘even’ mee wachten. Straks is Sinterklaas toch echt weer terug met de boot naar Spanje
.
Harder op de trom roffelen heeft weinig zin als je merkt dat zonder dat geroffel je de vraag alk nauwelijks bij kunt benen. Daarbij roffelt de Prael ook wel op de trom, maar vooral in de omgeving merk ik. Het proeflokaal speelt daar een belangrijke rol in.
Wat dat betreft zie je bij meer brouwerijen dat ze zich nin eerste instantie op de lokale markt richten en later pas aan verdere uitbreiding denken. De Texelse is een mooi voorbeeld. Maurice is eerst begonnen om op het eiland iedereen aan Texels bioer te krijgen en toen dat geregeld was en de groei dus van elders moet komen is hij verdere stappen gaan nemen. Op die manier groei je geleidelijk en voorkom je dat je de keuze krijgt tussen nee zeggen en korter lageren.
Ik denk ook niet dat elke brouwerij grootse buitenlandse plannen heeft. Gisteren een proeverij van de 7 deugden mee gemaakt en dir brouwen 400l tegeloijk. Daar moet je de wereld niet mee willen veroveren, dat doe je voor een beperkte markt. Kortom: het landschap is divers van een kleine lokale brouwerij tot de grootste exportbrouwerij ter wereld. En afhankelijk van de plaats in dat landschap zal een brouwerij op een andere manier met zijn marketing om gaan. Dat hoeft geen slapen te zijn, maar kan ook een bewuste keuze zijn.
Fred, toch jammer want ik denk dat het toch anders ligt… Zonder verder alle punten die je roept omver te gooien denk ik dat je precies blijft hangen bij alle goede voorbeelden. Behalve 15 brouwerijen die ‘t aardig tot enkelen die ‘t zeer goed doorhebben, zijn er namelijk nog steeds meer dan honderd die zelfs de lokale markt niet weten te bereiken. Het gaat er ook niet om dat ze allemaal gaan exporteren maar wel dat tenminste de lokale en regionale markt gevonden wordt. Daarmee komt de rest namelijk vanzelf.. zoals inderdaad ook blijkt uit mijn artikel hierboven en jouw voorbeeld van De Texelse!!
Bij een succesvolle lokale/regionale markt krijgen brouwers vanzelf ineens de keuze of vraag om internationaal te gaan. Het werkt als een olievlek. Sommigen hebben al grote moeite om de gebrouwen liters in de regio kwijt te kunnen en vragen zich af hoe ‘t komt. “Ze maken immers een goed bier en dat verkoopt toch?” Uit verdediging en zelfbescherming roepen velen ook dat ze lokaal willen blijven omdat het ze ook niet lukt om verder te komen. En dat wordt alleen maar lastiger naarmate er meer en meer brouwerijen en bieren komen.
Ik kan me niet voorstellen dat een brouwer niet zou dromen over het feit dat de hele wereld zijn of haar bier graag drinkt. Na heel wat gesprekken met brouwers van kleine en grote brouwerijen blijkt ‘t namelijk keer op keer de ultieme droom, belevenis en erkenning om te zien dat velen in binnen- en buitenland van jouw bier genieten dat jij gemaakt hebt. Geloof me dan zie je het vuur in de ogen glunderen bij de brouwer!! En logisch ook!! Dus ik denk dat er nog een belangrijke weg te bewandelen is!
Nadat de consument eerst heel lang voor kwantiteit ging (veel en het liefst zo goedkoop mogelijk) gaat men nu voor kwaliteit.
En laten we hier blij om zijn en is heel lang anders geweest met het gevolg dat we nog maar een handjevol brouwers in Nederland over hadden. En waarom zouden brouwers niet het zelfde zijn als mensen. Als bij een mens de wereld aan zijn of haar voeten legt is dat kikken. Dus ook bij een brouwer.
Heerlijk zo een positief bericht tussen alle slechte die elke dag op ons af komen. Was al bijna bang dat het alleen bij mij goed ging. Maar gelukkig gaat het met veel meer mensen goed.
Ik noem er een paar die me zo te binnen schieten, er zijn er ongetwijfeld meer. En nee, ik geloof niet dat elke brouwer perse landelijk of zelfs internationaal wil doorbreken. Ik zal het de bierfabriek eens een keer vragen, maar denk het antwoord te kennen. De Bekeerde Suster idem dito. En zo kan ik nog wel even door gaan.
Ik ben overigens blij met die verscheidenheid, want die maakt het bierlandschap zo interessant. Laat brouwers die landelijk of zelfs internationaal willen gaan dat vooral doen, maar laat iemand die lokaal wil produceren en zijn klanten het liefst persoonlijk wil kennen ook die mogelijkheid pakken. Laat beiden wel kritisch blijven op hun eigen product en geen bier de markt op slingeren dat eigenlijk weg gespoeld had moeten worden of minimaal langer gelagerd. Dát is echt funest en daar kan geen marketing tegen op.
Fred, iemand die internationaal zijn bier gaat verkopen moet per definitie altijd eerst lokaal beginnen. En zelfs daar hebben heel veel brouwers moeite mee. De Texelse is inmiddels een landelijk bekend bier dat zelfs internationaal begint door te breken. Die kent zijn klanten op Texel en Noord-Holland ook nog steeds goed hoor!!! En wat de Bierfabriek betreft.. ik heb gehoord dat ze willen toewerken naar tientallen vestigingen.
Probeer eens bier van de Molen te krijgen….